achtergrond en doelstellingen: recente gegevens suggereren dat biventriculaire pacing een belangrijke rol kan spelen bij de behandeling van gevorderd hartfalen in de aanwezigheid van een significante interventriculaire en/of intraventriculaire geleidingsstoornis door cardiale dysynchronie te corrigeren., In dit artikel bekijken we de initiële technische en klinische ervaring met cardiale resynchronisatietherapie in een elektrofysiologisch laboratorium.
methoden: de eerste 22 opeenvolgende patiënten met ernstig congestief hartfalen, ejectiefractie < 0,35, NYHA functionele klasse III of IV, en QRS-duur > 120 ms die geïmplanteerde biventriculaire pacemakers kregen, werden onderzocht. Klinische, elektrocardiografische en echocardiografische evaluaties werden uitgevoerd voor en drie maanden na pacemakerimplantatie., Acute functionele capaciteitstesten met maximale zuurstofopname werden gemeten tijdens biventriculaire pacing en tijdens intrinsiek ritme of rechter ventriculaire pacing drie maanden na de implantatieprocedure.
conclusies: cardiale resynchronisatietherapie kan veilig en met een hoog succespercentage worden uitgevoerd in het elektrofysiologisch laboratorium. Biventriculaire pacing lijkt de symptomen van congestief hartfalen te verbeteren bij patiënten met bewijs van atrioventriculaire en/of interventriculaire/intraventriculaire dysynchronie., Een acuut voordeel in de maximale zuurstofopname werd geassocieerd met biventriculaire pacing na de implantatieprocedure.
Geef een reactie